Maandelijks archief: april 2008

De Uithof, Utrecht

Van 1998 tot 2000 woonde ik in een gloednieuwe studentenflat in de Universiteitsenclave De Uithof in Utrecht. Ik had daar een fantastische splitlevel kamer van 30 m2, maar moest daarvoor wel een pioniersrol bekleden. Wij waren de eerste studenten die in deze uithoek van Utrecht gingen wonen, en moesten dus tal van voorzieningen ontberen. De supermarkt was geopend van 8.30 tot 17.30 uur, en voor de overige boodschappen moesten wij dus naar het centrum van Utrecht fietsen of bussen. Eten kon in de kantines van de universiteitsgebouwen, maar ook om een biertje te drinken moest de reis naar het centrum gemaakt worden. Tegenwoordig, tien jaar na dato, is er een hoop veranderd. Er zijn veel nieuwe studentenwoningen gebouwd, de voorzieningen zijn waanzinnig vooruit gegaan, en nu vaak ook open in het weekend, en daarnaast zijn er allerlei nieuwe andere gebouwen bijgebouwd in prachtige kleuren en vormen. Als liefhebber van architectuur keek ik dan ook mijn ogen uit. Hieronder een impressie.





Turing Test

Alan Turing was een baanbrekende wetenschapper op het gebied van artificiële intelligentie. Als eerste formuleerde hij in 1936 de definitie van een intelligente computer. Als een proefpersoon afwisselend met een computer of met een mens zou communiceren, en achteraf niet zou kunnen aanwijzen wie de menselijke en wie de artificiële gesprekspartner was, mocht de computer intelligent genoemd worden. Tot nog toe is het overigens niet gelukt om een computer deze test te laten doorstaan. Wat overigens een veel belangrijkere vraag is: hoe voelt de proefpersoon zich als deze test geslaagd blijkt?

Al ruim een jaar volg ik twee weblogs, geschreven door ene Kimberley en Mandy: boeiende, interessante weblogs over twee vrouwen met uiteenlopende verledens, waarin menig crisis werd bedwongen. Zeer verslavende weblogs, waarvan de schrijfsters ook bij mij en Judith reageerden, en ook bij een aantal lezers van mijn weblog. Ik heb deze weblogs leren kennen via Judith, die in eerste instantie Kimberley’s log onder ogen kwam, en daarna Mandy’s met daarop een aangrijpend verhaal over drugsverslaving en hoe ze deze overwonnen had. Mandy logde als eerste, kreeg een relatie met Kimberley, en op den duur ook ging ook zij bloggen met de (zo blijkt later) omineuze namen dreamvault en dreamboat. Na verloop van tijd sloot Mandy haar blog af en reageerde in de luwte zo nu en dan bij Kimberley op het blog.

Deze week bleek dat deze weblogs volledig verzonnen zijn. Dat ze beiden geschreven zijn door een man veel ouder dan deze twee dames, die deze logs met een haast obsessieve energie heeft onderhouden en gevoed. Ik ben hierover nog steeds verbijsterd. Voor veel van de schrijvers van logs die ik volg voel ik genegenheid en betrokkenheid, en deze wordt ook beantwoord in de vorm van reacties op mijn log, en zo nu en dan een uitwisseling in een andere vorm. Met Kimberley had ik één of twee mails gewisseld, vooral ten tijde van één van de crisissen op hun logs, ik heb zelfs één keer een MSN-gesprek met haar gehad. Nu blijkt dat niet alleen Kimberley en Mandy uit iemands fantasie zijn ontsproten, maar ook een hele schare vrienden, die op hun logs reageerden, op elkaar, en de blogschrijfsters ook weer op hen. Zelfs in retrospect is het onmogelijk om alle toegepaste trucs te doorzien, al zie je achteraf natuurlijk wel wat gaten in het ingenieuze masker dat deze man dagelijks opzette.

Een aantal jaar terug schreef Maria Goos in het Volkskrant Magazine de feuilleton Leef! In dit feuilleton vertelde een verloskundige door middel van mails naar haar beste vriendin over haar werk, en de problemen die ze in haar gezin onderging. Een mooi concept dat boeiend en meeslepend was, en waarvan elke lezer het idee had dat het waargebeurd was. Tot bekend werd dat Maria Goos de schrijver was, en haar verhaal weliswaar had gebaseerd op gesprekken met verloskundigen, maar dat het verder volkomen fictief was. Het duurde een tijd voordat de bewondering de verontwaardiging wist te verdringen. Maar punt is dat er op gegeven moment ook daadwerkelijk werd aangegeven waar de grens lag tussen werkelijkheid en fictie.

Het is niet erg dat er in de kunst en in de media wordt gespeeld met dat grensvlak tussen fictie en werkelijkheid. Het is een wezenlijk grensvlak met een grijs middengebied, en elk experiment is het waard om uitgevoerd te worden. Maar in het geval van Kimberley en Mandy zijn er daadwerkelijk mensen gekwetst. Mensen die dachten een innig contact met de dames te hebben, en die (voor een deel) afhankelijk waren van dat contact. De schrijver was hiervan op de hoogte, maar heeft willens en wetens nagelaten zichzelf te ontmaskeren en hiermee onschuldigen te beschermen. Hij had deze personae waarschijnlijk nodig om zijn privéleven af te reageren, en heeft volkomen uit eigenbelang gehandeld. Hij was verslaafd aan zijn rol als Kimberley en Mandy. Nogmaals: zolang er niemand door geschaad wordt zijn daar geen bezwaren tegen, maar er zíjn mensen geschaad, wat mij zowel kwaad als bedroefd maakt. Net als in mijn vorige logje: wat doen mensen elkaar toch aan?

Mij rest niets dan een mengsel van teleurstelling en fascinatie. Teleurstelling omdat ik een band voelde met iemand die niet bestond, of die misschien wel bestond maar over wezenlijke dingen heeft gelogen. En fascinatie omdat ik ook bewondering moet hebben voor de toewijding waarmee deze man zijn personae een leven heeft gegeven, een karakter, een achtergrond, hobby’s, interesses, afkeuren, vrienden en een eigen manier van reageren op logs van anderen, op elkaar en op wat dan ook. Maar bovenal voel ik walging over wat hij anderen heeft aangedaan, hoezeer hij mensen heeft beschadigd en pijn gedaan door zijn leugenachtige en egocentrische gedrag.

En toch. En toch moet ik eerlijkheidshalve zeggen dat ik de logjes mis. Ik mis het enthousiasme, en de als waarachtig overgekomen betrokkenheid die Kimberley en Mandy tentoonspreidden. Hun verhalen waren boeiend en meeslepend, en de trouw waarmee ze reageerden (de laatste maanden alleen nog ‘Kimberley’) was hartverwarmend. Hun aanwezigheid op internet staat nu in een negatief daglicht, maar desalniettemin denk ik ook met warme gevoelens terug aan deze tijd. Misschien heb ik mijn onschuld verloren, maar wijzer ben ik er wel van geworden en ik heb er een intrigerende herinnering aan overgehouden. Voor anderen is deze periode heel wat wranger afgelopen.

edit: op de volgende sites kun je ook over dit onderwerp lezen:
sierconflex
zomerregen
otto de vries
moonspace

Zonderlingen

Graag wil ik hier een lans breken voor de zonderling. Van zonderlingen kunnen we nog wat leren, want zonderlingen doen niet aan de gebruikelijke denkkaders. Zonderlingen denken oorspronkelijk en daarom is het altijd een genot om naar zonderlingen te luisteren. Al is het zo nu en dan wel vermoeiend, want een kenmerk van zonderlingen is dat zij zichzelf graag horen praten.
Daarom kan het nuttig zijn om met zonderlingen een stopwoord af te spreken. Het beste is om dit aan de zonderling over te laten welk woord dit kan zijn, want het moet een vreemd woord zijn dat niet per ongeluk in een conversatie tevoorschijn kan komen. De afspraak is dat het stopwoord genoemd wordt als de luisteraar andere dingen te doen heeft en er niet tussen kan in de monoloog van de zonderling.

Ik ken maar een paar zonderlingen, en niet allemaal voldoen ze helemaal aan bovenstaande omschrijving. De meeste kunnen uitstekend luisteren, maar doen dat wel op een zonderlinge wijze, want ze nemen niet alles voor zoete koek aan. Ze stellen vragen, leiden je af, proberen je te betrappen op gemeenplaatsen, benoemen die ook en vragen vervolgens wat je er écht van vindt. Praten met zonderlingen kan daarom enorm vermoeiend zijn, maar ook enorm verrijkend, want maar weinig mensen kunnen zo naar je luisteren als zonderlingen.

Hare Hare

Via de mail werd ik op de hoogte gesteld van haar belangstelling voor vrijwilligerswerk, en kort daarna kreeg ik een korte mail, ingevuld door een mailformulier waarin ze aangaf ervaring in het onderwijs te willen opdoen, een HBO-opleiding had gedaan, en zelf met veel plezier naar school was gegaan als jongere. Onvoldoende informatie voor mij om iemand op aan te nemen, dus belde ik haar op om een afspraak te maken voor een kennismakingsgesprek. Ken je dat? Je hebt iemand aan de telefoon, en er klopt iets niet. Ze antwoordde te snel, voordat ik mijn vragen had afgerond, ging te lang door met praten, ook wanneer ik aangaf iets te willen zeggen en gaf dus over het geheel genomen een indruk niet te kunnen of willen luisteren, ze was vooral met zichzelf bezig. Maar ook op een gevoel en een telefoongesprek wil ik niemand afwijzen, dus de afspraak ging door.

>huiswerkOok tijdens het gesprek kon ik er niet mijn vinger opleggen wat er met haar aan de hand was. Ze had een stipje van aarde op haar voorhoofd, ik dacht dat dat iets te maken had met hindoeisme, en ze was wat excentriek gekleed. Ook tijdens het gesprek ontbrak het aan een ritme, een ritme waarin je normaliter met mensen praat, en ik bleef bij de conclusie dat ze teveel met zichzelf bezig is, en te weinig met anderen. Toch wilde ik mijn gevoel niet helemaal volgen, en kijken hoe zij het werken met jongeren zou doen. Soms zie je mensen helemaal opbloeien als ze met de ontwikkeling van jonge mensen bezig zijn. Ik sprak dus (na heel veel moeite te doen haar bij de les te houden) met haar af dat ze een dagje zou meedraaien.

"Ze is heel raar! Ze loopt de hele tijd in zichzelf te praten, soms gaat ze gewoon staan bidden in een hoek, en ze zit maar bij die jongeren zonder iets te zeggen. En de conciërge heeft ons gewaarschuwd dat ze een Hare Krishna is!" zeiden mijn stagiairs. Ik weet niet veel van de Hare Krishna af, maar wel dat ze altijd in het oranje gekleed zijn, dat was zij niet. Ik heb haar een aantal keer geobserveerd die middag, en merkte inderdaad dat het haar niet goed lukte om contact te leggen met de jongeren, laat staan om ze te helpen bij hun huiswerk. Wat me wel opviel was dat ze een jongen complimenteerde met de mooie tekening die hij had gemaakt, wat ik een positief signaal vond. Maar mijn observaties en de verhalen van mijn stagiairs noodden mij om een gesprek met haar aan te gaan wat er nou precies aan de hand was.

hare hareZe bleek net een half jaar geleden uit een veertienjarig verblijf in de Hare Krishna te zijn gestapt, en volledig met zichzelf in de knoop te liggen. Op aanraden van haar vader had ze twee maanden lang geschreven over de zaken die haar bezighielden, en de conclusie die ze trok was dat God een schoft was. En tijdens het gesprek noemde ze duizend redenen om aan te geven waarom dat het geval is , zoveel dat ik me er niet één van kan herinneren, maar ik kon me het levendig voorstellen. In de Hare Krishna had ze zich vol overgave gestort in het sekteleven en geprobeerd zich een plekje te verwerven. Iets dat haar niet goed lukte, vermoedelijk doordat ze al labiel was toen ze door het gezelschap werd geworven. Ze klaagde dat ze als vrouw niet serieus genomen werd, dat ze geen kader functie kreeg, ondanks haar jarenlange toewijding, maar bovenal klaagde ze over dat opperwezen, dat mensen manipuleerde om hem te vereren, en er tegelijkertijd niets voor teruggaf.

Ik heb nog nooit iemand mijn mening opgedrongen. Ik heb nog nooit mensen geprobeerd ervan te overtuigen dat god niet bestaat, maar bij deze vrouw voelde ik dat het het enige was dat ik kon doen. Steeds maar weer bewoog ze terug naar haar mening dat god een egoïstische klootzak was, en steeds maar weer probeerde ik haar ervan te overtuigen dat god niet bestond en dat hij dus ook geen klootzak kon zijn. God is een verzinsel van mensen, dat in heel veel gevallen een positieve invloed heeft op iemands zielerust, maar in net zoveel andere gevallen voor ellende zorgt. Zolang deze vrouw dacht dat god bestond, dacht ze dat hij haar het leven zuur maakte, en zou ze nooit tot zichzelf komen. Ik voelde een intens medelijden met haar, iemand die zo vastzat in haar idee van een god, dat ze niet vrij kon zijn, zelfs niet nu ze haar groepje ‘gelijkgestemden’ had verlaten. De enige gevangenis zijn je eigen gedachten. De enige beïnvloeding die jou kan veranderen is de beïnvloeding die je zelf toestaat.

Hoe is het toch mogelijk dat mensen elkaar dit aandoen? Waarom hebben ze deze arme vrouw gekleineerd, niet serieus genomen, gehersenspoeld, gevangen gezet in haar eigen hoofd? Waarom is het toch nodig dat ik op haar in heb moeten praten, heb ik haar moeten aanraden om eerst zichzelf te vinden vooraleer ze jongeren kan helpen met wat dan ook? onderdrukkingNa anderhalf uur praten maakten we een einde aan het gesprek. Ze accepteerde het dat ik tegen haar zei dat ze op dit moment niet moest werken met mensen die zelf de wereld nog aan het ontdekken zijn. Dat zolang zij zelf nog zoekende was, ze anderen niet kon helpen zoeken. Dat sommige leerlingen haar eng vonden, en haar aanwezigheid bedreigend. En ik heb haar sterkte gewenst met haar zoektocht. En gezegd dat als ze wilde lezen over wat mensen elkaar kunnen aandoen als er niemand is die ontwikkelingen in de samenleving een halt toeroept, ze vooral 1984 van George Orwell moest lezen. Dat dit boek voor mij een schat aan inzichten bevat over waartoe mensen in staat kunnen zijn als mensen zich afhankelijk opstellen van politici, denkbeelden en drogredenen. Ik hoop dat het nu beter met haar gaat.

Bolide

Sinds afgelopen donderdag zijn Judith en ik weer autobezitters. In juli 2004 hield onze Ford Escort het voor gezien, en aangezien we toen net een nieuw huis hadden gekocht, bij Judith net kanker geconstateerd en ik net heel fijn mijn baan was kwijtgeraakt, besloten we om voorlopig maar even autoloos door het leven te gaan. Dat ging heel prima. Forensen deden we allebei met de trein en verder wonen we dicht bij het centrum, boodschappen gaan net zo makkelijk op de fiets (tas aan het stuur, tas op mijn rug: klaar) en zo nu en dan huurden we een auto als we verre reizen naar bijvoorbeeld Drenthe of Benthuizen maakten (ouders).

Maar gezien het feit dat met een kindje je wereld erg klein kan worden, en gezien het feit dat het toch wel erg lekker is om met dat kindje achterin ‘even’ naar het strand te rijden of naar het bos, ging de kogel toch door de kerk, en zijn we nu de trotse en vooral blije bezitters van een zilveren (grijze) Peugeot 206. Zowel voor mij als voor Judith geldt dat een auto een gebruiksvoorwerp en geen statusobject is, dus nee, we hebben niet de spannendste of meest blitse auto gekozen. Wel eentje die lekker rijdt, en ons van A naar B brengt, en waar Nummer Drie vrolijk achterin haar eerste autoervaring kan opdoen.

Donderdag hebben we de auto ingewijd door naar de McDrive te rijden, vrijdag zijn we ’s avonds een stukje naar Katwijk en Noordwijk gereden, en vandaag hebben we eindelijk weer eens de opgestapelde troep in onze schuur naar het milieupunt kunnen brengen. En morgen en volgende week maken we inderdaad ‘lange’ reizen naar Drenthe en Benthuizen wegens de verjaardagen van onze beide moeders.

Ontbreekt er nog maar één ding in onze auto en dat is Nummer Drie die achterin de auto mee mag met onze reizen. Op dit moment reist ze nog in de buik, maar nog maar een klein poosje en ze mag achterin meereizen naar verre bestemmingen en leuke plaatsen. De Maxicosi is al besteld.

PS. De kleur was wat ons betreft natuurlijk niet belangrijk, maar zoals uit deze laatste foto blijkt, heeft het grote voordelen om een auto te hebben met een groot spiegelend dak.

PPS. de eerste drie foto’s zijn (c) Judith