Maandelijks archief: augustus 2008

Overgrootmoeder

Van alle overgrootouders is alleen mijn oma aan vaderskant nog in leven. Vandaag zijn wij eventjes langsgewipt om Ida te laten zien. Hoewel oma van 94 jaar moeite heeft om vroeger en nu van elkaar gescheiden te houden, was haar verrukking over zo’n jong leventje van 12 weken prachtig om te zien. Het bracht een hoop herinneringen bij haar los, al verstonden we maar een klein deel van haar verhalen. Ook kostte het grote moeite om duidelijk te maken dat Ida een meisje was, maar dat het bezoek van haar achterkleindochter haar plezier deed was overduidelijk. (klik op de foto voor meer plaatjes)

Danger Mouse

attack& releasethebluegodmodernguilt

’t Is alweer een tijd geleden dat ik een muzieklogje schreef, hetgeen niet in overeenstemming is met mijn aankoopgedrag van nieuwe CD’s. Al enige CD’s met het jaar 2008 als publicatiedatum zijn te zien in mijn last.fm speellijst. Toevallig zijn drie daarvan geproduceerd door Brian Joseph Burton, beter bekend als Danger Mouse. Danger Mouse kreeg bekendheid toen hij (illegaal) niet onverdienstelijk The White Album van The Beatles mixte met The Black Album van Jay-Z. Dit was voor Damon Albarn (Blur, Gorillaz en The Good, The Bad and The Queen) reden om hem aan te trekken als producer van het fantastische tweede Gorillaz-album Demon Days, wat de deuren opende voor meerdere opdrachten op het gebied van productie. Ook de productie van The Good, The Bad and The Queen nam Danger Mouse voor zijn rekening. Zijn producties zijn sferisch, licht psychadelisch, met diepe, fuzzy, basgeluiden en melodieuze arrangementen. Klaarblijkelijk kan Danger Mouse deze invloeden in diverse muzieksoorten kwijt, wat blijkt uit drie van de vier albums die dit jaar onder zijn productie het levenslicht mochten zien, en die ik de afgelopen maanden mocht aanschaffen. Een goede gelegenheid dus voor drie korte recenties (ja dat kan ik kennelijk ook 🙂 ).

The Black Keys – Attack and Release
Het vijfde album van dit bluesrock duo uit Akron, Ohio, kenmerkt zich net als de vorige albums als lekkere, rechtoe rechtaan bluegrass gitaarpop met die je terugbrengt naar de ’70’s. Gitarist (en zanger) Dan Auerbach weet hypnotiserende riffs neer te zetten waar Led Zeppelin of Free zich niet voor zou hoeven schamen en drummer Patrick Carney ondersteunt dit met stevige, maar zeer adequate drumpartijen. Danger Mouse draagt zijn steentje bij met wazige achtergrondkoortjes en subtiele synths. Heerlijke plaat en een mooi pleidooi voor het feit dat je echt niet met meer dan twee man op het podium (of in de studio) hoeft te staan om het publiek in vervoering te krijgen.

Martina Topley Bird – The Blue God
De vroegere muze en ex-partner van Tricky kiest voor haar tweede album voor een andere weg dan op haar vorige album Quixotic (2003). Waar ze toen nog muziek maakte die deed denken aan de duistere, gevaarlijke triphop van haar ex, kiest ze nu voor een uitgesproken poppy sound, die gelukkig nergens veilig wordt. Haar prachtige stem leent zich niet voor veiligheid, en zal altijd onschuldig aan de buitenkant, maar gekrenkt en gevaarlijk onder het oppervlak klinken. Hoewel het een echte popplaat is geworden, is de muziek nergens gemakzuchtig of behaagziek, maar juist uitdagend en gelaagd in elk aspect. Zowel teksten, zang, muziek en arrangementen zijn stimulerend, effectief, en bijzonder verslavend om naar te luisteren. Pop noir is de term die eraan gegeven is, en ik kan geen betere vinden.

Beck – Modern Guilt
Modern guilt is al weer het tiende album van wonderkind Beck. Eén van zijn wat melancholischer albums, maar prachtig in zijn arrangementen en thematiek. Beck’s stem is nog steeds de nasale, wat eentonige zang die zijn handelsmerk is, maar die op zijn betere albums wordt vergeven door zijn ironie, zijn humor, de ritmes en de inventiviteit in de muziek. Op dit album ook, want Modern Guilt is een mooie verzameling van sferische, dromerige, maar swingende nummers die in veel gevallen echo’s laten horen van de Beach Boys, maar altijd onmiskenbaar Beck blijven.

Pantheon

Eindelijk ben ik erachter hoe je het ouderschap kunt omschrijven. Van de één op de andere dag, weliswaar met een beetje voorbereiding (een maand of negen zo doorgaans), maar tijdens die voorbereiding wordt er nergens gewag gedaan van dat feit, word je gebombardeerd tot god. Samen, dat wel, dus als ouderpaar bevolk je gezamenlijk een tweeledig pantheon.

Het scheppingsaspect is natuurlijk evident, maar voor een kind zijn zijn, of haar, ouders goden. Ze zorgen dat er op miraculeuze wijze eten op tafel komt (of in Ida’s geval in de fles), ze zorgen voor al het materiële en immateriële dat in hun wereld aanwezig is, ze bepalen wat goed en wat kwaad is, en stellen de regels vast wat er moet gebeuren en wat niet, als het nodig is straffen ze, onmiddellijk of tezijnertijd. Daarnaast weten ze alles, kunnen ze alles, zijn ze onfeilbaar, de belichaming van alles wat goed is, onaantastbaar, bezitters van een onuitputtelijk geduld en vergevingsgezindheid.

Natuurlijk, dat beeld vermindert in de loop der jaren, als het goed is komend tot een apotheose en Nietsche-achtige verwerpingen in de puberteit, maar tot die tijd moeten zowel ouder als kind er mee leven dat dit de verhouding is die gelegd is, en het is een bekend feit dat dat bij beide partijen nog wel eens tot conflicten kan leiden. De ouder kan moeite hebben met deze deificatie (want noblesse oblige) en de neiging hebben deze te relativeren (‘papa weet echt niet alles’). Hierdoor kan een kind uiterst in verwarring raken, want de realiteit is een harde leermeester. Maar ook het kind kan eigenhandig tot inzichten komen die het godsbeeld doen wankelen. Het ontdekken dat Sinterklaas niet bestaat is een bekend voorbeeld, omdat dit een moment is dat een kind beseft dat hij al die tijd voor de gek is gehouden door zijn ouders, wat in sommige gevallen kan leiden tot een vertrouwensbreuk. Meestal gelukkig blijkt hieruit de totale flexibiliteit van kinderen, want het is erg moeilijk om papagod en mamagod van hun troon te stoten. Zelfs mishandelende, alcoholistische, schreeuwende en carnavalvierende ouders zullen het bijzonder bont moeten maken, willen ze adoratie van hun kind kwijtraken. Let wel, naarmate het kind ouder wordt, wordt de kans hierop groter.

Als nieuwbakken godheid word je je bewuster van hoe jij zelf tegen je ouders hebt aangekeken. Je kijkt voor zover dat gaat in de onbetrouwbare wereld van de menselijke herinnering terug op jouw blik op je ouders, en hoe zij dingen oplosten en aanpakten, en merkt dan dat je meer van ze hebt overgenomen dan je ooit voor mogelijk had gehouden. En je beseft je daarnaast dat ook jouw kroost zaken van je gaat overnemen, de goede en de slechte kanten. En dat je hoog of laag kunt springen, maar het is onmogelijk om dit proces tegen te gaan: jouw kind wordt een kopie van jou, in je evenbeeld geschapen, en daarnaast zo ontzettend zichzelf. En dus ben je je bewust van het feit dat ook jij een kopie bent. Een kopie van je ouders, maar ook van hún godenhuis, je grootouders, en zo generaties terug. En met dat besef komen twee inzichten: je ouders hebben het over het algemeen behoorlijk goed gedaan allemaal, al laat elke ouder regelmatig steekjes vallen, en indirect komt die trots die je tijdens dit spiegelende besef ondervindt dus linea recta bij jezelf terecht.

Met andere woorden: ik ben trots op mijn ouders, hoe ze mij hebben opgevoed, mij vrijheid hebben gegeven om te groeien en structuur en grenzen om mij daarin niet te laten verdwalen, en ik hoop dat ik alle goede dingen die ik van ze heb geleerd ook kan en mag doorgeven aan mijn kleine Ida. Ik zie ook zoveel goede dingen in de opvoeding van Judith en hoe zij die meeneemt in haar ideeën over opvoeding en houding tegenover Ida, en ik ben daardoor ongelooflijk trots op onszelf dat wij tot nu toe prima ouders blijken. We houden van Ida, we geven haar liefde en aandacht, maken ons niet teveel zorgen dat we haar verstikken en niet te weinig dat we haar negeren en ik heb het idee dat misschien de titel god wat overdreven is, maar liefhebbende ouders zeker geen onware bewering zou zijn

Ach, het hele godsverhaal is misschien een tikje overdreven, maar denk hier maar eens over na: wie gaf in het verleden de koningen en koninginnen hun status en positie?

Foto-update

Het is niet dat er niets te bloggen valt, maar wel dat de tijd die ik eraan moet spenderen meestal doorgebracht wordt met andere zaken, in het bijzonder met Ida en Judith. Het leven gaat gelukkig wel gewoon door, en hopelijk komt er binnenkort weer een mogelijkheid om wat schrijfwerk betreft weer een uitgebreider logje te schrijven. Tot die tijd moeten jullie het even doen met weer een aantal foto’s van het focale punt van mijn leven van dit moment 🙂







Ps. Foto’s 4-6 zijn afkomstig van het fototoestel van Ida’s opa en oma uit Drenthe