Na een heftige bevalling voor drie partijen, waarvan ik jullie de technische details zal besparen (samengevat ruim 30 uur weeën, maar uiteindelijk toch nog weeënopwekkers, ruggenprik, vacuümpomp, lage bloedwaarden, inknippen, omstrengeling met navelstreng, etc.) verscheen daar Ida in de wereld en werd met zorg neergelegd op de borst van Judith en in onze levens. Indringende donkere ogen keken ons enigszins lodderig aan en het besef drong tot ons door: dit is onze koningin. Als ware monarchisten doen wij er alles aan om het onze vorstin naar de zin te maken. Onze levensritmes zullen nooit meer dezelfde zijn, en ons huishouden en onze levens zullen voortaan gevuld zijn met bizarre rituelen, onbekende regalia en terminologie, en een heuse hofhouding.
Woensdagochtend 01.30 uur verlieten wij onze republiek en woensdagavond 23.45 uur kwamen wij moe en verwilderd aan in het koninkrijk van Ida. In een groene maxicosi werd hare majesteit naar binnen gedragen, waar zij haar slaap niet liet verstoren (ze sliep al sinds ze in het ziekenhuis in haar mobiele troon was gelegd) en stilletjes in bed liet leggen. Afgepeigerd beleefden wij de eerste nacht van Ida. Twee keer wakker geworden, gespuugd in bed, gespuugd op Judith, maar intens tevreden en heerlijk slapend buiten dat ongemak verstoorde ze onze nachtrust, maar vol zorg en toewijding lieten wij ons dat welgevallen.
Onze koningin is een droombaby. Ze is lief. Ze is mooi. Ze is schattig. Ze eet, plast, mekkert, slaapt, kijkt rond, pruttelt, gaapt alsof ze nooit anders heeft gedaan, en wij zijn volledig in haar greep. Had ik vroeger republikeinse neigingen, het koningshuis heeft nu mijn onvoorwaardelijke steun.
Haar hofhouding werd allereerst geïntroduceerd door kamenierster Leolien, onze eerste kraamverzorgster. Wat een fantastisch mens, maar ook: wat een intensieve aanwezigheid is zo’n kraamhulp. Vier dagen lang was zij acht uur per dag onze steun en toeverlaat, onze baas, onze mentor, onze leraar, onze praatpaal, onze vraagbaak. Onvermoeibaar deed ze duizend keer de was (wat moet dat vaak in zo’n kraamtijd!), vulde ze onze afwasmachine met afwas (idem), leerde ons de kneepjes van het vak, koeioneerde ons naar bed als we van uitputting wartaal uitsloegen (in mijn geval een continue toestand), en nam ons alles uit handen. Of liever gezegd mij, want Judith moest uiteraard herstellen in bed. Mijn automatismen traden in werking, en als Leolien mij niet had afgeremd had ik geprobeerd alles te doen wat er maar te doen was, behalve op mijzelf letten. Maar wat is het voor mij toch moeilijk om taken los te laten. Het was een grote overwinning om de deur uit te gaan en aangifte te doen bij de gemeente, of om een boodschapje te doen om de hoek. ‘Een fijne dag nog verder,’ wenste een islamitische kassajuffrouw bij de Trekpleister mij toe. ‘Dat zal wel lukken, ik heb net een dochtertje gekregen.’ Ik was verbijsterd over mijzelf. Nooit deel ik dat soort dingen, maar in een delirium en overwinningsroes kon ik niets anders over mijn lippen brengen dan dergelijke overwinningskreten. Vivat Ida Regina.
Dan volgen koninklijke adviseurs genaamd verloskundigen die stralend over je drempel stappen, je feliciteren en dan achter gesloten deuren ‘uw vrouw nakijken’, en cryptische uitspraken doen over de kleur van uw zuigeling en haar ontlasting. Waar overigens blijkt dat ‘faecalia Idae non olet’ volslagen klopt. Met mijn neus boven een poepluier en geen enkele neiging tot braken of kokhalsen. Is dit liefde? Op alle fronten word je geleefd, van uitkleden, luier verschonen, temperatuur meten, billetjes afnemen, weer aankleden, voeding aanmaken, voeding geven, boertje laten doen, in bed leggen/op de borst leggen/op de borst van Judith leggen. Niets zo heerlijk als in een halfsluimer (een accurate beschrijving van de afgelopen 120 uur) op bed liggen en niets anders doen dan luisteren naar de ademhaling van je dochter en langzaam wegdommelen. Daar kan geen speciaalbier, dure whisky of designerdrug tegen op.
Vanochtend de hielprik en gehoortest. Ida heeft perfecte oren, wisten wij al, maar één van de hofleveranciers kwam dat ons nog even bevestigen. Ook verscheen de eerste enveloppe, gericht aan I.E. [achternaam van Judith], waarin ons werd meegedeeld dat Ida tot in de hoogste regionen bekend was, een burgerservicenummer had gekregen, en diverse instanties waren verwittigd dat zij bestond. Naar alle waarschijnlijkheid komen de ambassadeurs spoedig hun geloofspapieren overhandigen, de eerste kraamvisite is in ieder geval haar eer komen bewijzen.
En morgen komt het moeilijkste van alles. Morgen is mijn vaderschapsverlof van welgeteld twee dagen afgelopen, en begeef ik mij met gigantische tegenzin weer naar Amsterdam om daar, ver van mijn koninkrijk, mij nuttig te maken voor andermans kinderen. Ik moet zowel Judith als Ida achterlaten in de handen van Rosita, onze tweede kamenierster, die zorgzaam, lief en ervaren is, maar helaas niet bereid om voor mij naar Amsterdam te gaan. Ik moet Ida en Judith loslaten en voor langere tijd thuis achterlaten. Het leven zal zonder mij doorgaan, en (gelukkig al snel want ik werk morgen maar vier uur) ik zal het uit de derde hand moeten horen hoe Ida’s eerste woordje klonk, of haar lach, of haar vijfde keer poepen.
Met een gebogen hoofd zal ik door de straten gaan, en zachtjes, maar triomfantelijk voor mij uitprevelen: vivat regina, vivat regina, vivat regina.
Mooie blog!
‘faecalia Idae non olet’ – Dat heb ik ook gemerkt. Met de luiers en vieze billen van m’n eigen kind heb ik, ondanks hevige stank, nooit enig probleem gehad. Maar ik moest (en moet) hevige weerzin overwinnen om billen te vegen van vriendjes en vriendinnetjes die komen spelen.
En Ida boft maar, met twee van die nederige dienaaren (dienaars?) die alles voor haar over hebben. Geef haar een voorzichtige dikke knuffel van ons!
Hoe een groot, getalenteerd schrijver ons voor de gek hield:
Toen wij vanmiddag voor de tweede keer vanuit het goede Drente in Leiden arriveerden, meldde de schrijver ons dat hij doodmoe was. De kraamverzorgster hield hem een weinig uit de wind, zodat hij zich een wijle achter zijn gade op het bed posteerde, waar hij zich gedienstig (doch ook gaarne) door ons liet fotograferen.
Nadat wij een uurtje inkopen hadden gedaan voor de koningin-moeder, vernamen wij dat de auteur zich ter ruste had gevleid. Wij hebben zijn aangename gezelschap, gedurende de korte tijd die ons bezoek nog verder besloeg, moeten ontberen.
De koningin-moeder, die nog even een blik achter de slaapkamerdeur wierp, trof hem nog slapend aan.
Gedurende de lange weg huiswaarts hebben wij nog herhaaldelijk de koningin-vader geprezen voor zijn vele bekommernissen voor gade en kroost, zijn eigen uitputting over zich afroepend. Het is vooralsnog niet mogelijk het beeld van de jonge zorgzame vader naar de achtergrond te dringen, maar het is evenzeer onvoorstelbaar dat de korte slaap hem dusdanig heeft verkwikt dat hij direct na het ontwaken een lyrisch proza van wereldniveau wrocht. Nou ja, wrocht, het lijkt alsof het hem makkelijk is afgegaan.
of heeft de schrijver niet geslapen?
Heeft hij al dagen op deze sublieme formuleringen gebroed?
Het is duidelijk: hij leeft in een nieuwe wereld, een wereld die normale stervelingen slechts kunnen bevroeden. De schrijver ontvouwt een visie die niet alleen het nieuwe koninkrijk zal vormen, doch die het in zich heeft de ‘oude’ wereld ook tegelijkertijd van een roze tint te voorzien.
Frans
Lieve vader van de koningin,
Wat een grandioos blog, wat een prachtige liefdesverklaring!
Wat prachtig dat wij mogen meegenieten.
Liefs voor ida regina en haar hofhouding.
WAUW…! Ben er stil van…
Succes vandaag.
Wat een prachtig log Jaco! Geweldige vondst, die insteek. En dan zo’n intiem portret van de eerste dagen met Ida, erg vertederend en eerlijk. Mooi hoor. Met een enorme glimlach gelezen. 🙂
En nu vooral heel erg veel succes met het loslaten. Al is het maar voor 4 uur, het zullen de langste uren van je leven worden. Maar niet getreurd: er valt nog genoeg te ontdekken in de overige uurtjes van de dagen. 🙂
Helemaal ontroerd las ik je log. Prachtig!
Veel succes vandaag in het verre Amsterdam. Hopelijk is het snel middag en tijd om terug te gaan naar je koninkrijk.
Geweldige log Jaco, enne…wen er maar: dit gaat nooit meer over;)
En.. viel het een heel klein beetje mee vandaag?
Wauw zeg, geweldig! En wat een prachtige foto’s ook! Ik kan haast niet wachten tot de mijne er is! (Moet nog bijna 5 maanden ‘dragen’).
wat heerlijk prachtig geschreven! Recht uit het hart. mooi.
De koningin-vader heeft het mooi verwoord. Jullie zijn helemaal eh… Idalaat van haar.
Wat prachtig en vol liefde beschreven!
Helemaal in de ban van… geestelijke gijzeling, maar een passievolle!
Je bent nu al een fantastische, toegewijde vader. De foto’s zijn prachtig!
Wat een ontzettend mooie blog! Geniet ervan, wilde ik zeggen, maar dat lijkt een tikje overbodig 🙂 Volle teugen en een hoofdletter G, dan maar!
Als altijd: Wow!
Ze is prachtig Jaco!
Wat heb je dat mooi geschreven!! Maar het haalt het niet bij de foto’s! Ze is prachtig!!!
Dikke knuffel,
Ester
Tot tranen geroerd..wat mooi geschreven. Ik gaf Judith net de tip het bevallingsverhaal in zo’n boekje met eerste stapjes/tandjes te plakken…print deze log maar uit en plak hem ernaast. Ida zal met warmte terugkijken op haar koninklijke ouders als ze later groot is ..
Goedemorgen Jaco,
Nog van harte gefeliciteerd met de geboorte van jullie dochter!
Liefs, Claudia
Echt prachtig beschreven inderdaad, kan me helemaal goed een voorstelling maken hoe je ongeveer zal voelen. Jammer dat vaders zo snel weer aan de arbeid moeten he?
Met een dochter die precies een maand ‘ouder’ is, is je stukje zo herkenbaar… Alsnog van harte gefeliciteerd met de komst van Ida (leuke naam!) en blijf van haar genieten!