Waarom ik nog CD’s koop

Ik heb altijd een zwak gehad voor kleine winkeltjes. Tegenwoordig ben ik wat meer gehard, maar tot een aantal jaar terug nog kreeg ik medelijden met winkeliers van winkeltjes waarin geen klanten rondliepen. Niet dat ik mij geroepen voelde om er uit medelijden tóch te winkelen (anders was ik straatarm geweest), maar ik kon me toch moeilijk voorstellen dat mensen met zo’n kleine nering hun brood konden verdienen en dat deed me zeer.

Ondanks mijn gehardheid koop ik nog graag en regelmatig CD’s in de winkel, in plaats van ze online te laten bezorgen of direct te downloaden op mijn ipod (wat ik óók doe trouwens). En dat terwijl de meeste functies van een CD-winkel ondertussen wel door het internet zijn achterhaald. Diensten als last.fm of Pandora FM (helaas alleen maar via proxy tegenwoordig) bieden je de mogelijkheid om muziek te beluisteren die lijkt op wat je leuk lijkt, scherpe aanbiedingen vind je natuurlijk overal, net als de nieuwste muziek. Ik ben niet het type dat winkels binnenloopt voor een praatje, dus ook gepersonaliseerde adviezen zijn aan mij niet besteed.

Nee, wat mij drijft om meer geld uit te geven aan muziek dan de laagste prijs is omdat ik het belangrijk vindt dat er CD-winkels zijn. Een winkel waarin je binnen kan wandelen en op je gemakje kan rondlopen om te kijken of er muziek is die je leuk lijkt. Waarin je CD’s kan beluisteren en al dan niet kopen en waarin je heerlijk kan bladeren door de platenbakken (heerlijk archaïsch woord). Maar vooral dus een winkel die je stad maakt of breekt, die het verschil maakt tussen een stad waarin je tussen de eeuwige ketenzaken door de dingen koopt die iedereen koopt en die elke stad gelijk maakt aan de volgende, en de winkel die er voor zorgt dat mensen de stad in gaan en niet thuis bij hun brievenbus of achter hun computer gaan zitten wachten tot de wereld bij hen naar binnenwandelt. Een CD-winkel is er voor leefbaarheid en dus voor avontuurlijke mensen die van hun stad én van goede muziek houden.

Zaterdag 17 april is het internationale Record Store Day. Velvet en Plato doen eraan mee in Leiden.

Ida het meisje

En natuurlijk is ook Ida ook al een meisje, meer al dan Siri, die strikt genomen nog erg een blob is zonder bijzonder veel interactie behalve glimlachjes en flessen melk. Nee, interactie is het toverwoord met Ida vandaag de dag; een onuitputtelijke stroom woorden en bijna-woorden en nog-lang-geen-woorden-maar-wel-veel-urgentie verlaten haar mond en voorzien ieder moment met haar van een lopend commentaar en bijbehorende instructies. Nog gisteren wist zij mij duidelijk te maken om op youtube te willen kijken naar filmpjes van eendjes, nee, poesjes, nee poesjes buiten, nee poesjes in een doos, nee poesjes úit de doos en nú er weer in, ín, ín! Haar aandacht fladdert de hele kamer rond en zijzelf daar achteraan. Het is moeilijk om Ida vast te pinnen, en eigenlijk is het bij haar dan ook onbegonnen werk om een kijkje in haar toekomst te nemen, maar we doen het lekker toch!

Als Ida wat ouder is, is haar drijvende kracht nog steeds de nieuwsgierigheid, en de bevestiging die ze daar nog voor nodig heeft. Het zal voor haar niet heel moeilijk zijn om vriendjes en vriendinnetjes te maken, maar ook die vriendschappen zullen zijn gebaseerd op (wederzijdse) nieuwsgierigheid. Wat zal de ander nu eens gaan doen of verzinnen? En de interactie is dan ook gebaseerd op doen, en pas daarna op uitwisselen. Het zal me niets verbazen als Ida een meisje is dat wél in zeven sloten tegelijk loopt, aangezien die sloten barsten van uiterst interessante levensvormen die gevangen en bestudeerd moeten worden. Ida zal graag op avontuur gaan, en als zij niet uitvoerig geïnstrueerd wordt zal ze op avontuur blijven, en pas ver na etens- en zelfs bedtijd thuiskomen, vrees ik. Ida kent geen grenzen en geen beperkingen en geen angst en daarom is ze ook zo leuk om bij in de buurt te zijn.

Op school zal Ida prima meekomen, ze is slim en geïnteresseerd, maar het zal wel afhangen van de leraar of lerares of ze oplet of niet, want ze moet meegetrokken worden in het verhaal, anders gaat ze dagdromen en zit ze mijlenver met haar gedachten en aandacht. Boos zal een leraar er niet om worden, want niemand kan iemand zo goed ontwapenen als Ida met haar glimlach en stralende ogen, maar dit zal regelmatig onderwerp van gesprek zijn op de ouderavonden op school.

Vaste hobby’s zal Ida niet gauw hebben, eerder gaat ze snel van de ene sport op de andere, dan weer op toneel, dansen, of waar haar pet maar naar staat. Als er al een vaste hobby zich zal ontwikkelen, dan eentje die zichzelf keer op keer weer voedt, of waarmee ze veel afwisseling zal hebben. Teamsports zijn niets voor Ida, en ze is veel te eigenwijs om zich al te veel te laten sturen door een coach. Ik zie haar eerder doen aan vrijere expressie als dans of muziek, al weet ik niet of ze geduldig genoeg zal zijn om alle basisvaardigheden aan te leren voordat zich weer wat nieuws of interessants aandient.

De opvoeding van Ida zal zich richten op het aanleren van geduld en volharding. Haar trainen om zo nu en dan een rustpauze te nemen, te denken voor het springen en om eens haar best te doen langer dan vijf minuten (5 jaar), twee dagen (10 jaar) of een week (18 jaar) zich met iets bezig te zijn om te ontdekken dat langdurige ervaring vele nieuwe facetten van interesses, hobby’s en schoolvakken kunnen tonen. En bij Ida zullen we allerlei tactieken ter hand moeten nemen om haar de nodige normen en waarden bij te brengen, want zo stronteigenwijs als zij is, zal zij weinig aannemen wat ze niet zelf heeft ervaren, en met sommige dingen is dat nu eenmaal vrij lastig. Ik voorzie een hoop discussies aan de keukentafel, en verheug me daar ook danig op.

En ook Ida zal eens thuiskomen met uit de kluiten gewassen hompen hormonen in de vorm van jongetjes die met veel moeite haar aandacht zullen willen verwerven. Bij Ida maak ik me daar wat minder zorgen over, gezien de ervaringen die ze nu op het KDV opdoet met alle y-chromosomale bewonderaars die ze gevoeglijk negeert om heerlijk haar eigen gang te gaan, tot ze behoefte heeft aan die aandacht en dan ook geen enkele moeite heeft om die volledig haar ten dienste te laten staan. Kortom: ze zal de jongens om haar vinger winden, en niets doen waarin zij geen zin heeft. Ook bij Ida zal ik klaarstaan met vaderlijk advies wat puberjongens betreft, en ik zal mijn best doen dit zoveel mogelijk in reverse psychology te brengen, want één ding is duidelijk: alles wat Ida hoort zal ze in twijfel trekken en verdraaien in haar eigen voordeel. Een dochter van haar vader, kortom.

Bij Ida kan ik, of denk ik te kunnen, al veel concreter een beeld krijgen van wat voor betweterig, charmant avonturierstertje zij zal zijn over enkele jaren, maar ook bij Ida geniet ik met volle teugen van het moment. Van de dagelijkse nieuwe woorden die zij aanleert, de nieuwe vertragingstactieken om maar niet naar bed te gaan, de nieuwste woedeaanvalletjes omdat ze weer eens niet haar zin krijgt, en de liefdevolle, maar niet langer dan vijf aandachtsseconden durende, omgang met haar kleine zusje. Voorlopig mag Ida nog even lekker een prepeuter zijn en ons verrukken en vermoeien met haar aanwezigheid.

Siri het meisje

Natuurlijk is Siri nu ook al een meisje. Een exemplaar van 5 maanden oud en twee dagen, dat lacht en draait en kreunt en poept en eet en op allercharmantste wijze iedereen voor zich inneemt door te pas en onpas een schandalig prachtige glimlach op te zetten waarmee zelfs het steenkoudste hart het smeltpunt bereikt. Een exemplaar dat tevreden door het leven gaat, wat onregelmatig slaapt overdag, maar dit ’s nachts volledig revancheert door meer dan het klokje rond te slapen. Een exemplaar dat op geheel eigen wijze haar plekje in het gezin heeft gevonden en ingenomen en niet meer is weg te denken. Zo’n exemplaar.

Maar wie zal zij zijn over vijf jaar, over tien jaar, over zeventien jaar en zeven maanden? Een pak tarotkaarten, een glazen bol, de teletijdmachine van professor Barabas, we kijken er niet naar om, maar trachten de toekomst te abstraheren uit het heden en het verleden. Gissend zien we een sociaal meisje voor ons, dat een scala aan vrienden om zich heeft verzameld, elk weekend logeert of logeergastvrouw is, en in de klas zowel de juffen als haar klasgenoten voor zich wint. Als ze wilde kon ze ze allemaal om de vinger winden, maar Siri is dienstbaar aan haar vriendschappen. Ze staat voor haar vriendinnetjes en vriendjes klaar, luistert naar ze, speelt op ze in, en weet ze ook te bewegen datzelfde voor haar te doen.

Uiterlijk doet haar niet zoveel, ze draagt leuke kleertjes, weet haar ouders te bewegen schattige en hippe jurkjes of broekjes voor haar te kopen, maar is geen merkenfreak of meeloopster. Tussen wat haar ouders voor haar kopen en wat ze zelf uitkiest, ligt een eigen stijl van kleren die niemand anders past dan haar, maar moeite heeft ze daar niet voor gedaan. Een borstel door het haar in de morgen, een tandenborstel over haar gebit en ze is klaar voor de dag. Een natuurlijke schoonheid.

Op school komt ze goed mee. Ze is slim, kan uitstekend luisteren, doet graag mee met projecten of gym, maar zal niet gauw uitblinken in bepaalde zaken. Haar interesse ligt niet in het academische vlak, maar op het sociale. Oudergesprekken gaan dan ook vooral over het kletsen in de les en het ‘iets meer haar best doen’. Ze wil ook best, maar doet het gewoon niet, het is niet belangrijk.

Dansen doet ze graag, ze vindt het leuk als anderen naar haar kijken, en ze vindt het leuk om met anderen te bewegen. Muziek vindt ze heerlijk om naar te luisteren en ze houd van alle muziek, klassiek of pop, alternatief of mainstream, zolang het maar lekker klinkt. Verder zit ze op een teamsport, waarbij ze vooral de uitwedstrijden leuk vindt vanwege de gezellige autoritten ernaartoe.

Siri is een makkelijk kind, dat niet gauw ongehoorzaam zal zijn, of lastig, of humeurig. Opvoeden van Siri zal vooral inhouden haar een beetje te harden tegen teleurstellingen. Haar leren niet mee te lopen met anderen maar haar eigen ideeën te ontwikkelen. Eerlijk te zijn tegenover vrienden, ook al doet dat soms pijn om te doen of om eerlijkheid te horen. Haar te leren haar vertrouwen in de wereld te koesteren. Soms heeft ze een schop onder de kont nodig of een peper in de reet op het gebied van school en huiswerk, maar op alle andere vlakken zal ze juist een beetje afgeremd moeten worden, anders gaat ze veels te veel verplichtingen aan en komt ze niet genoeg toe aan zichzelf.

En dan de grootste zorg die een ouder kan hebben: met wat voor vriendje of vriendinnetje komt Siri thuis? We gaan er even gevoeglijk van uit dat ze met een mannelijke partner thuis komt, en dat ze met een partner thuis komt nogal waarschijnlijk zijn, want zo’n allemansvriendin is uiterst aantrekkelijk om het hof te maken, en al die aandacht zal zeker ook in goede aarde vallen, vrees ik. Als ouders sta je daarin vrij machteloos. Al eerder schreef ik over angstvisioenen van pukkelige pubers die serenades brengen onder ons nachtelijk raam of zwetend en angstig voor de deur staan in de hoop een glimp van onze pareltjes te mogen opvangen en vooral Siri zal daar maar al te blij mee zijn. Uiteraard zullen we haar in de opvoeding de nodige voorzichtigheid leren in de trant van ‘jongens denken maar aan één ding’, maar met enig angst en beven zien we deze periode wel tegemoet. De nu bedachte taktiek is er één van ophemelen tot het jongmens erbij neervalt en dat Siri zich wel geroepen móet voelen om enkele relativerende opmerkingen te maken over dat die jongen nou toch ook niet zó bijzonder is. Om dan quasi onschuldig te verzuchten dat als het écht haar keuze niet is, dat wij dan de knul met tranen in onze ogen de deur zullen wijzen en hopen dat het volgende pukkelige exemplaar wél schoonzoonfähig is voor ons lieve Sirike.

En zo worden kleine meisjes groot, en denkend aan al die jaren van peuter-, kleuter-, pre- en echte puberteit acht ik mijzelf een gelukkig mens als ik onze vijf maanden oude baby nog lekker tegen me aan mag houden, mag overstelpen met kusjes en liefdesuitingen en voorzien van schone luiers en royale flessen melk. Het leven mag nog even simpel zijn.

2010!!!

Voor alle lezers van mijn blog die zoveel geduld hebben getoond en klaarblijkelijk nog steeds wel eens langskomen ondanks dat er maar weinig te lezen en bijzonder veel te raden is geweest, en alle toevallige passanten en iedereen die ik dan nog vergeten ben (bijvoorbeeld iedereen die mijn blog níet leest):

Een warm, fantastisch, inspirerend, leerzaam, lekker, fijn, prettig, uitdagend, gelukscreërend, liefdevol, avontuurlijk, ervaringsrijk en bovenal een gelukkig 2010 toegewenst!

2009 in Muziek

Door alle verwikkelingen hebben behalve Ida en Siri maar weinig categorieën nog aandacht gekregen op mijn weblog, terwijl ik toch op allerlei vlakken dingen heb meegemaakt en ervaringen heb opgedaan. Het schrijven van blogjes kost echter nu eenmaal de nodige moeite en dus tijd en die is schaars tussen alle luiers en blokken door, vandaar ook dat mijn reageerfrequentie op andere blogs drastisch is afgenomen. Hopelijk komt het op gegeven moment in een wat vruchtbaarder vaarwater, maar tot die tijd dank ik alle lezers van dit blog voor hun geduld en begrip. Als voortijdig afsluiter van 2009 nog een muziekblog. Al met al heb ik toch de nodige CD’s weten te kopen die dit jaar uitkwamen, en in navolging van Twitter (het medium ligt mij niet, maar het is een goede oefening om wat bondiger te leren schrijven) minirecensies geschreven voor de albums die op mij de meeste indruk hebben gemaakt. Stuk voor stuk aanraders dus, maar de keuze ligt uiteraard bij u! Veel lees- en luisterplezier.

Fever Ray – Fever Ray. Zangeres Karen Dreijer Andersson van The Knife maakt weergaloze soloplaat. Duistere en organische sfeerelectro met de onmiskenbare ijle stem van Dreijer, een plaat die groeit en groeit en groeit. Aanrader!
PJ Harvey/ John Parish – A Woman A Man Walked By. Weer een prachtalbum van Polly Jean en haar bijna-vaste muzikale partner John Parish. Puntige songs, die stevig rocken en nooit voorspelbaar zijn.
Peter Doherty – Grace/Wastelands. Enfant terrible maakt geen warrige punkpop, maar piekfijne liedjes met veel afwisseling. Uitstekend album, dat ook Ida’s goedkeuring kon wegdragen!
JJ- JJ No2 – Heerlijke luisterpop, knisperende electronica met warme akoestische sfeer. Het wat mysterieuze Zweedse collectief JJ maakt schitterende liedjes met een getalenteerde naamloze zangeres. Alleen via de import te bestellen of op MP3, rechtstreeks bij de uitgever in Zweden. Echt een aanrader!
Animal Collective – Merriweather Post Pavilion. Onnavolgbaar sferische geluidsbouwwerken, die lukraak in elkaar lijken geschoven, maar uiterst doordacht en aantrekkelijk klinken. Niet te classificeren muzieklandschapjes die uitnodigen tot ontdekkingstochten.
Taken by Trees – East of Eden. Leren kennen door de cover My Boys van het nummer My Girls van Animal Collective. Heerlijke singer-songwriter muziek met een oosters tintje. Zweedse zangeres Victoria Bergsman neemt haar album op in Pakistan met locale musici, met een warme, prettige en tintelende muziek als resultaat.
Julian Casablancas – Phrazes for the Young. Voorman van The Strokes maakt eerste solo-album. Pittig denderend in je oorkanaal, met lichte disco-jaren ’80-synthrock-invloeden, maar altijd goede songs die beklijven. Maar ik blijf toch in spanning wachten op het vierde Strokes-album, dat naar het schijnt nog dit jaar uitkomt.
Modest Mouse – No One’s First and You’re Next. Weer een leuke titel met lekkere nummers van de kampioenen van de ironische teksten op puntige, net-geen-woedende zang-over-catchy-en-nooit-voorspelbare-altpop. Outtakes van de sublieme albums Good News For People Who Love Bad News en We Were Dead Before The Ship Even Sank. Ze hadden er niet op misstaan, maar dan hadden we deze leuke EP niet gehad.
Isbells – Isbells. Rustige luisterliedjes van Belgische bodem. Sprankelende gitaar met fluisterende zang kabbelt je oren in en ontspant tot het bot.
Typhoon & New Cool Collective – Chocolade EP. Het plezier spat ervan af op dit korte album als resultaat van de live-samenwerking tussen de twee naamgevers van het album. Lekkere jazzpop met de flowende raps van de eloquente en intelligente Typhoon.
The Dead Weather – Horehound. Lekkere bluesaltrock van het zoveelste project van Jack (The White Stripes) White. Afwisselende songs die je speakers uitdenderen met veel tempowisselingen en een heerlijke energie. Sterkste nummer is het White-product Cut Like a Buffalo.
Nog te weinig beluisterd om mijn mening te verwoorden, maar onnoemelijk lekker klinkend en dus ook aanraders: The XX met het album XX en Dirty Projectors met Bitte Orca

De Speeldoos

Een leuk en sympathiek project van Torre Florim (zanger en bandleider van De Staat) en Roos Rebergen (idem voor Roosbeef) is De Speeldoos. Met schitterend naïeve teksten uit gedichten van verstandelijk gehandicapten van de zorgorganisatie Dichterbij hebben zij een prachtige EP gemaakt met pakkende liedjes die stuk voor stuk het luisteren waard zijn. Te krijgen in een simpele digipack of (en dat is de versie die ik heb) in een heuse muziekdoos, waar je aan een hendeltje kan draaien om te luisteren naar de melodie van één van de liedjes. Alsof De Staat en Roosbeef dit jaar al niet genoeg succes hadden met hun albums Waiting for Evolution en Ze Willen Wel Je Hond Aaien, Maar Niet Met Je Praten, maken ze op de valreep een goed en aantrekkelijk album om het jaar 2009 leuk mee af te sluiten.

Mexicaanse Prik

Niet gek gemaakt door de hype, en kritisch tegenover overmedicatie, hebben we toch besloten om ons in te laten enten tegen de Mexicaanse Griep. Helaas behoren wij met een baby onder de zes maanden tot een risicogroep en zouden wij het ons nooit vergeven als Siri besmet raakt door ons en om die reden blijvende aandoeningen krijgt aan bijvoorbeeld haar longen. Judith en ik hebben onze eerste prik twee weken geleden al gehaald, maar Ida moest vandaag. Zoals het een ware Ida betaamt gaf ze geen prik-kik en onderging ze het hele proces stoïcijns en met de gezonde belangstelling van een anderhalfjarige. En daarna lekker naar het kinderdagverblijf, waar het uitzonderlijk rustig was, want het merendeel van de kindjes stond waarschijnlijk nog in de sporthal, ondanks het uitblijven van grote rijen.



Vind de verschillen

Een klein jaar geleden was de schoolfotograaf bij het kinderdagverblijf van Ida en een week geleden weer. Onderstaande foto’s zijn het resultaat van beide bezoekjes, ik stel voor dat u zelf bepaalt welke de meest recente is.

Nu onze dagen zijn gevuld met het heen en weer rennen tussen onze dochters, is het onmogelijk om niet hier en daar wat vergelijkingen te trekken. Waren we er op de dag van de geboorte van overtuigd dat Siri sprekend op Ida leek, tegenwoordig zien we eigenlijk voornamelijk verschillen. En toch zet de verzorging van Siri veel herinneringen aan Ida voorin het brein. De jankjes en kreetjes die beide dames slaakten als ze krampjes hadden, de hortende en stotende manier waarop een huilbui zich aankondigt en waarmee je weet dat je als de sodemieter een fles in elkaar moet draaien, het vele heen en weer lopen met een dochter op de armen/de schouder/in de kinderwagen. Hoeveel kilometer hebben we wel niet afgelegd ondertussen, al ijsberend (IJS! roept Ida bij de ijsbeer) door de kamer?

En het stemt je vreselijk melancholiek, om je te beseffen dat 16 maanden geleden we dezelfde kromme beentjes moesten bedwingen om Ida de luier te verwisselen, we dezelfde flesjes maakten, haar voor een deel dezelfde kleertjes aandeden, en dezelfde geluksmomentjes hadden op het moment dat ze lekker tegen ons aan kroop en in slaap viel. En nu, alweer bijna 18 maanden na haar geboorte, loopt Ida door ons huis alsof ze nooit iets anders deed, haar vocabulaire groeit met de dag, ze heeft haar eigen vaste programma’s, zoals alle lampen aanwijzen die licht geven, hetgeen een hele klus is als je het Rapenburg affietst, of borden en bekers als leeg markeren met de gevleugelde woorden ‘ap’. En gisteren kregen we tot overmaat van ramp het bericht dat ze vanaf 1 januari al naar de peutergroep gaat op het kinderdagverblijf. Normaal gebeurt dit pas rond de tweede verjaardag, maar klaarblijkelijk (we hebben nog geen verklaring gekregen, dus hier is het nog raden) is ze groot genoeg om met onder meer haar vriendjes Tijl, Gijs en Rienk de overstap naar de grote kindjes te maken!

Kleine kinderen worden groot, en natuurlijk voel ik de nodige trots als Ida al zo vroeg geschikt wordt geacht om met grotere kinderen te interacteren (ze speelt regelmatig al een ochtendje of middagje beneden), en op een ruimte komt waar faciliteiten zijn waar ze over een tijdje op de wc mag zitten. Maar het gaat ook zo ontzettend snel. Voor je het weet gaat ze naar school, komt ze met vriendjes thuis, en bezoekt ze je met haar kinderen in je bejaardenwoning. Hè, het lijkt wel of dat hele oudergedoe alleen maar met behulp van clichés is uit te drukken. We moeten het er maar voor over hebben, want al gaf je me een miljard, nog zou ik deze dametjes nooit en te nimmer uit mijn leven willen verwijderen.

Voor de goede orde: links is Siri en rechts is Ida op nagenoeg dezelfde leeftijd.

Van moment tot moment

Dat we in een maalstroom van gezinsleven terecht zouden komen, dat hadden we wel zo’n beetje verwacht, maar het is onmogelijk om je een voorstelling te maken van de omvang van die maalstroom. Het is een dagtaak om alle ballen zo’n beetje in de lucht te houden, beide meisjes genoeg aandacht, liefde, eten en schone luiers te geven, maar het is het allemaal waard. De momentjes met Siri op schoot, al of niet met fles, het zien hoe Ida haar zusje adoreert, al heeft ze best zo nu en dan haar moeilijke momentjes als ze niet exact dat kan doen wat er in haar hoofdje omgaat (en wanneer kan dat nou voor u en ik?). De nachtelijke sessies, die Judith en ik uiteraard in ploegendiensten uitvoeren, en die ons desondanks toch beetje bij beetje slaapgebrek opleveren, maar die ook resulteren in een uur met een kleine, warme baby op schoot, die haar ogen de kost geeft (en maar niet gaat slapen, ook al wil jij dat zo graag), kronkelige bewegingkjes doet, zachtjes snurkt of ademhaalt en uiteindelijk in het volste vertrouwen in slaap valt. De tocht door het huis naar haar slaapkamertje, het in de wieg leggen, en daarna flesjes schoonmaken en dankbaar weer in bed kruipen met je slapende gade.
We wisten het niet, en al hadden we het geweten, dan was er niets anders geweest, ook dan was Siri gekomen, mochten we haar welkom heten, en stuurden we onderstaande kaartjes de wereld in, met hetzelfde ontwerp als het kaartje van Ida, maar met andere tekst, foto en kleuren uiteraard.

My Girls


There isn’t much that I feel I need
A solid soul and the blood I bleed
But with a little girl, and by my spouse,
I only want a proper house

[…]

I don’t mean to seem like I
Care about material things,
Like a social status,
I just want
Four walls and adobe slats
For my girls

“My Girls”(C) 2009 Animal Collective van het album Merriweather Post Pavilion


.